Pensioenregeling direct bij verzekeraar?

We zetten de laatste ontwikkelingen uit het Pensioenakkoord voor u op een rij

Er is bijna tien jaar gediscussieerd over de vernieuwing van het Nederlandse pensioenstelsel. In juni 2019 heeft dit geresulteerd in het Pensioenakkoord. Een principeakkoord waarvan de details op dit moment verder worden uitgewerkt. Het is dan ook nog niet duidelijk welke invloed het Pensioenakkoord precies zal hebben op uw pensioenregeling. Toch willen wij u nu alvast informeren over een aantal belangrijke punten die voor u en uw medewerkers relevant kunnen zijn.

Stuurgroep

Het Pensioenakkoord is op hoofdlijnen uitgewerkt. Onder regie van een stuurgroep worden onderdelen uitgewerkt die ingrijpende consequenties zullen hebben voor alle pensioenregelingen in Nederland. Hierbij gaat het met name om aanpassingen van de fiscale spelregels waaraan een pensioenregeling moet voldoen. Deze stuurgroep bestaat uit het kabinet, werkgevers- en werknemersorganisaties en adviserende leden zoals DNB, AFM, CPB, de Pensioenfederatie en het Verbond van Verzekeraars.

Belastingvoordeel

Als een pensioenregeling aan de fiscale wetgeving voldoet, hoeft de werknemer pas belasting over zijn pensioenopbouw te betalen, als het pensioen tot uitkering komt. Daarnaast mogen de werknemersbijdragen in mindering worden gebracht op het bruto loon, wat direct een belastingvoordeel oplevert voor de werknemer. Ook de bijdragen van de werkgever voor pensioen zijn aftrekbaar van de winst.

Nieuwe fiscale spelregels

Zoals het er nu naar uitziet, voldoen de meeste huidige regelingen niet aan de nieuwe fiscale spelregels. Volgens het pensioenakkoord en de toelichting van minister Koolmees (brief van 5 juni 2019) zullen alleen beschikbare premieregelingen met een leeftijdsonafhankelijke premie nog voldoen. Salaris-/diensttijdregelingen (zoals middelloonregelingen) zullen dan niet meer fiscaal gefaciliteerd zijn. Net als de beschikbare premieregelingen op basis van een leeftijdsafhankelijke premiestaffel.

Verschil leeftijdsafhankelijke premiestaffel en vaste premie

Maximum premiepercentage

Daarnaast is de verwachting dat in de fiscale wetgeving een maximum premiepercentage zal worden vastgelegd. Dit maximum is nog niet vastgesteld. Wel heeft de minister een schatting gegeven, namelijk zo’n 27% van de pensioengrondslag. Vanzelfsprekend mag een werkgever in zijn pensioentoezegging een lager percentage toezeggen.

Overigens is het ook onder de huidige fiscale wetgeving mogelijk om een leeftijdsonafhankelijke beschikbare premie te hanteren. De hoogte hiervan is echter maximaal gelijk aan de premie die volgens een leeftijdsafhankelijke premiestaffel behoort bij de jongste deelnemer in de pensioenregeling. Voorbeeld: is de jongste deelnemer 21 jaar, dan mag de leeftijdsonafhankelijke premie nu maximaal 7,7% van de pensioengrondslag zijn (conform de door de fiscus gepubliceerde staffel voor 2020 op basis van 3% rekenrente). Een dergelijke toezegging komt wel voor in de markt, maar levert geen marktconforme pensioentoezegging op voor werknemers boven deze leeftijd. Het overgrote deel van de beschikbare premieregelingen in Nederland is gebaseerd op een leeftijdsafhankelijke beschikbare premiestaffel.

Mogelijke gevolgen

Als deze wijzigingen worden doorgevoerd in de wetgeving, heeft dit mogelijk gevolgen voor de regeling die u aanbiedt aan uw medewerkers. Denk hierbij aan het ontstaan van een pensioengat voor uw medewerkers en het naar voren halen van de totale pensioenkosten.

Ontstaan pensioengat

Als een deelnemer halverwege het huidige systeem overstapt naar het nieuwe pensioensysteem , dan ontstaat er voor hem een “gat” in de pensioenopbouw. Dit wordt veroorzaakt doordat de nieuwe leeftijdsonafhankelijke premie voor ouderen lager zal zijn dan de leeftijdsafhankelijke/ actuariële premie. Hoe ouder de werknemer wordt, hoe lager de pensioenopbouw zal zijn en hoe groter dit ‘gat’ zal zijn ten opzichte van de huidige regeling.

Naar voren halen van kosten

Voor jongeren is de nieuwe leeftijdsonafhankelijke premie hoger dan de leeftijdsafhankelijke /actuariële premie. Jongeren krijgen meteen de hogere leeftijdsonafhankelijke premie. Ouderen echter zullen de hogere en stijgende premies uit de huidige staffel moeten blijven krijgen om het beoogde pensioenresultaat te bereiken. Dit leidt ertoe dat over de tijd gezien de totale pensioenkosten weliswaar niet stijgen, maar dat er ten opzichte van de huidige staffel sprake is van het naar voren halen van kosten. Deze kosten komen voor rekening van de werkgever.

Toename van de kosten

In de praktijk zal die rekening waarschijnlijk bij werkgevers en werknemers worden neergelegd. De pensioenpartijen verwachten dat dit ertoe zal leiden dat beide partijen erop achteruit gaan. Voor de werkgevers worden de lasten hoger. En werknemers zullen waarschijnlijk slechts gedeeltelijk worden gecompenseerd, omdat de pensioenbudgetten voor werkgever en werknemers nu eenmaal eindig zijn.

Compensatiemaatregelen

Om ervoor te zorgen dat de gevolgen voor huidige deelnemers tot een minimum worden beperkt, wordt een overgangstermijn van 10 jaar overwogen. Wat dit gaat inhouden, is nog niet bekend. Het kabinet heeft bijvoorbeeld het voornemen het fiscaal kader tijdelijk te verruimen om zo compensatie mogelijk te maken. Zodra hier meer duidelijkheid over is, zullen we u natuurlijk informeren.

Hoe verder?

Minister Koolmees heeft de invoering van de leeftijdsonafhankelijke premie gepland voor 1 januari 2022. Volgens zijn planning zal de stuurgroep in de zomer van 2020 de uitwerking van de resultaten in een hoofdlijnennotitie aan de Tweede Kamer sturen. Dan zou begin 2021 een wetsvoorstel naar Tweede Kamer gezonden worden. Echter, in maart 2021 zijn er ook Tweede Kamerverkiezingen. Deze zullen van invloed zijn op de zetelverdeling in de Kamer en het nieuwe kabinet. Hierdoor zijn de precieze vervolgstappen lastig of zelfs niet te voorspellen.

Bereid u nú alvast voor

Ondanks dat de exacte wijzigingen nog niet bekend zijn, is het belangrijk dat u als werkgever alvast naar uw huidige regeling gaat kijken. De kans is namelijk groot dat u uw pensioenregeling moet aanpassen om deze te laten voldoen aan het nieuwe fiscale kader. Hierbij geldt dat fiscale wijzigingen in principe niet voldoende argument zijn om de pensioenregeling zonder meer aan te passen. Hiervoor heeft u instemming nodig van de OR (indien aanwezig) en van de deelnemers. Om deze instemming te verkrijgen zijn redelijke compensatiemaatregelen van u als werkgever noodzakelijk.

Meer informatie en advies?

Hoewel het pensioenakkoord slechts een principeakkoord op hoofdlijnen is, is wel duidelijk dat het grote invloed op alle Nederlandse pensioenregelingen zal hebben. Wellicht ook op de regeling in uw organisatie. Zodra wij meer informatie hebben over de invulling van het pensioenakkoord, zullen wij u hier natuurlijk over informeren. Op dit moment kunnen wij alleen nog werken vanuit de huidige fiscale wetgeving voor pensioen waardoor het inspelen op het pensioenakkoord in de pensioenpraktijk nog niet mogelijk is.